Nieuwe aanval op het beroepsgeheim
Opletten mensen! Ze doen het wéér! Zijn jullie murw? Het is namelijk akelig stil rond het deze zomer sneaky ten tonele gevoerde nieuwe wetsontwerp ter bestrijding van zorgfraude. Is daarvoor alles geoorloofd? De zoveelste poging is gaande om het medisch beroepsgeheim te kapen.
Opletten mensen! Ze doen het wéér! Zijn jullie murw? Het is namelijk akelig stil rond het deze zomer sneaky ten tonele gevoerde nieuwe wetsontwerp ter bestrijding van zorgfraude. Is voor het opsporen van zorgfraude alles geoorloofd? Nee toch? Het wordt steeds duidelijker dat ze daar op het ministerie van VWS anders over denken. De zoveelste poging is gaande om het medisch beroepsgeheim te kapen. Terwijl dat helemaal niet hoeft.
Nieuw wetsontwerp
Op 5 juli liep een consultatieronde – tegenwoordig dé gekozen vorm voor serieuze inspraak – van krap één maand in de komkommertijd af voor een nieuw wetsontwerp om zorgfraude te bestrijden. Het gaat om de Wet bevordering samenwerking en rechtmatige zorg.1 Dit wetsontwerp beoogt het medisch beroepsgeheim op grootse schaal te doorbreken. Waarom? Om fraude in de zorg op te sporen. Heel gek, want er is nu al een oplossing voorhanden die het beroepsgeheim niet doorbreekt. De minister heeft het in de memorie van toelichting over proportionaliteit en subsidiariteit die met de uitwisseling van bijzondere (dat zijn medische) gegevens met dit wetsontwerp in acht worden genomen. Maar dat is lariekoek. De nu gekozen oplossing in het wetsontwerp vliegt buiten proportioneel uit de bocht. Zorgfraude bestrijden: tot je dienst, maar niet zoals nu wordt voorgesteld.
Wat staat er in?
Het wetsvoorstel introduceert een wettelijke verplichting voor gemeenten, Wlz-uitvoerders (Wet langdurige zorg) en zorgverzekeraars om elkaar tot personen herleidbare patiëntgegevens te verstrekken om fraude in de zorg te bestrijden. Het gaat daarbij – houdt u vast – ook om patiëntgegevens die door artsen (met hun geheimhoudingsplicht) eerder aan deze instanties kunnen zijn verstrekt.
Daarnaast introduceert dit wetsvoorstel een wettelijke verplichting voor het Centrum Indicatiesteling Zorg (CIZ), de gemeenten, de Fiscale inlichtingen- en opsporingsdienst (FIOD), de Inspectie gezondheidszorg en jeugd, de Inspectie SZW, particuliere ziektekostenverzekeraars, de rijksbelastingdienst, de SVB, Wlz-uitvoerders, de zorgautoriteit en zorgverzekeraars om vertrouwelijke tot personen herleidbare patiëntgegevens te verstrekken aan het Informatieknooppunt zorgfraude (IKZ) ter bestrijding van fraude in de zorg, maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp.
Er staat nog veel meer onverkwikkelijks in het wetsontwerp, maar dit lijkt me al aanleiding genoeg voor luid protest. Alles tot meerdere eer en glorie – en macht – van het IKZ, dat eind 2016 al van start is gegaan.
Mind you
Dat IKZ wordt een mega-onderneming. Een monsterverbond van ik-weet-niet-hoeveel instanties die het allemaal goed met u voor hebben. Gegevensuitwisseling wordt een wissewasje. Weg medisch beroepsgeheim… Vinden we dat allemaal wel best? Ik kan er met mijn verstand niet bij dat dit zomaar geruisloos gaat gebeuren. Besef ook goed dat IKZ kan acteren op basis van ‘signalen’ van fraude. Wat dat inhoudt, is niet gedefinieerd. Ronduit beangstigend. Een nieuwe versie van Big Brother.
Reacties
Ik haal er twee uit. Voor Zorgverzekeraars Nederland (ZN) gaat het wetsontwerp – wie had dat nou gedacht – niet ver genoeg. ZN wil dat niet alleen uit eigen beweging maar ook op verzoek van andere samenwerkingspartners gegevens worden uitgewisseld. Vrij spel als het ware. Gelukkig kwam de KNMG met een duidelijke afwijzende reactie, maar daar is nauwelijks op gereageerd.2
Het kan anders en beter
Sinds begin 2017 is er al een prima alternatief. De KNMG heeft eind 2016 de Onafhankelijk Deskundig Arts (ODA) in het leven geroepen.3 Er bestaat een pool van tien ODA’s, opgezet naar aanleiding van het Convenant inzet onafhankelijk deskundige arts bij signalen en verdenkingen van fraude in de zorg.4 Dit convenant is afgesloten tussen OM, FIOD, Inspectie SZW, KNMG en VWS. Dezelfde stakeholders die in het wetsontwerp voorkomen. Zo’n ODA treedt bij strafrechtelijk onderzoek op als tussenpersoon. Hij haalt alleen voor het onderzoek relevante gegevens uit het medisch dossier en draagt die geanonimiseerd aan justitie over. Tot nu toe is er nooit een beroep gedaan op de ODA’s. Wat op zichzelf bijzonder vreemd is. Loopt het niet zo’n vaart met de fraude? Zou het niet netjes zijn dit convenant eerst eens na te leven, vervolgens te evalueren en dan – indien nog nodig – daarná pas moord en brand te schreeuwen? Dit wetsontwerp lijkt op een slinkse coup van immer op zorgfraude beluste overheidsdienaren.
Opheffen medisch beroepsgeheim
Het wetsontwerp dat de minister van VWS met een miniconsultatieronde in vakantietijd probeert te lanceren is een niet zo fraaie poging om het medisch beroepsgeheim bij wet op te heffen. Dit is explosief materiaal. Het beschrijft een manier om zorgfraude aan te pakken, die buiten alle proporties is. Er bestaat een andere niet benutte manier om zorgfraude op te sporen.
Dit megalomane voorstel verdient een heel krachtig tegengeluid.
Met dank aan Wim J. Jongejan, huisarts niet praktiserend